Het kerkelijk jaar en de kleuren Het kerkelijk jaar en de kleuren
De kleur in de kerk laat zien in welke tijd we ons bevinden. De kleur is zichtbaar in de antependia, dat zijn de kleden op de tafel, aan de preekstoel en in de stola die de voorganger draagt. Gedurende bepaalde periodes en op bijzondere dagen is de kleur ook terug te zien in de liturgische bloemschikking.
De kleuren zijn zichtbaar in de kerk op de plekken waar gesproken en gebeden wordt omdat de tijd van het jaar doorklinkt in de woorden die uitgesproken worden.
De liturgische kleuren zijn groen, paars, roze, rood, wit. De betekenis van de kleur zegt iets over de dag of de periode van het jaar.

Betekenis kleuren
Groen: groei, aarde, hoop, leven, toekomst
Paars: soberheid, inkeer, bezinning, voorbereiding, wanhoop, rouw
Roze: teerheid, tederheid, blijdschap
Rood: bloed, lijden, vuur van de Geest, enthousiasme
Wit: zuiverheid, nieuw, vreugde, feest, verlossing

Adventszondagen
In deze tijd is de kleur in de kerk paars. Het is een periode van inkeer, bezinning en verwachting. De 3e zondag in de Adventsperiode is één van de twee vreugdezondagen die het kerkelijk jaar telt: zondag Gaudate, Verheugt u, want de Heer is nabij. Een vreugdezondag in Advent want het licht van het Kerstfeest laat zich al een beetje zien. Soms kiest een kerkelijke gemeente op deze zondag voor de kleur roze maar ook houdt men het wel bij paars.

Kerstfeest
Met Kerst is de kleur wit. Het is het feest van het licht, van zuiverheid en nieuwgeboren.

Epifanie
6 januari is Epifanie; het feest van de verschijning of openbaring van Jezus. Dit feest kent in de Westerse christelijke kerken andere accenten dan in de Oosterse christelijke kerken. In het Westen is Epifanie het feest van Driekoningen, als een openbaring aan de volken. De weken daarna klinken de verhalen van de doop van Jezus door Johannes en de bruiloft te Kana. In het Oosten ligt bij Epifanie het accent op het verhaal van Jezus die gedoopt wordt.
Na het Kerstfeest blijft de kleur in de kerk wit tot en met de eerste zondag na Epifanie (na 6 januari).

Veertigdagentijd en Pasen
Vanaf veertig dagen voor Pasen is de kleur paars. Het is een tijd van inkeer, soberheid, vasten en bidden. De vierde zondag in de veertigdagentijd is de tweede vreugdezondag van het jaar: zondag Laetare, Verheugt u! Deze zondag kan gekozen worden voor roze maar ook voor paars.
Witte Donderdag is de kleur wit.
Goede Vrijdag is er geen kleur, of paars of zwart.
Paaswake en Pasen is de kleur wit.
Vanaf Pasen tot aan Pinksteren blijft de kleur wit.

Pinksteren
Pinksteren is het feest van de uitstorting van de Heilige Geest en de kleur is rood. Het is de kleur van het enthousiasme en van het vuur van de Geest.
 
Na Pinksteren
De eerste zondag na Pinksteren is zondag Trinitatis, Drievuldigheid. Dan wordt voor rood of groen gekozen. Tussen Pinksteren en het begin van de Adventsperiode is de kleur groen. Een kleur van groei, van de aarde en van hoop.

Bijzondere vieringen
Bij rouwdiensten wordt meestal gekozen voor wit als teken van geloof in de opstanding maar ook wel voor de kleur van het jaar of voor paars. Bij bevestiging van ambtsdragers wordt rood, de kleur van de heilige Geest, gekozen. Bij een doopdienst wordt wit of de kleur van de zondag gekozen en bij een huwelijksdienst meestal rood of wit.

 

 
terug